Blij herleven

Home / Henri Storck / Filmografie / Films alfabetisch / Blij herleven

 

Na de ramp van de Tweede Wereldoorlog was het moeilijk het geluk en de levensvreugde te promoten. De film slaagt erin door vooral beelden (uit Op vakantie, gedraaid in 1938) van de kust-in-vakantiestemming te laten zien, alsook beelden van het vredige en vrome Vlaanderen. De oorlog wordt gesuggereerd door twee beelden die het einde ervan tonen: de ontmoeting van de geallieerde tanks met de auto’s van de Duitse officieren op de vlucht. Vervolgens enkele beelden die nu archiefwaarde hebben: ruïnes, duinen bezaaid met prikkeldraadversperring en mijnen.

Maar deze gelegenheidsfilm bevat twee opvallende anomalieën: de sequentie gewijd aan de schilder Ensor (een schitterende en gewaagde afwijking van het onderwerp) en de hermontage door Henri Storck van zijn voorgaande kustbeelden. Met de Ensor-sequentie en die terugkerende beelden vervolledigt hij zijn eigen Oostendse vocabularium; de baadsters, de dames te paard, de tennisvelden, de transats en de liggende lichamen van de mooie, lome vrouwen wisselen hun prentbriefkaart-statuut voor dat van krachtige beelden uit zijn filmtaal.

 

 

Realisatie : Henri Storck

Scenario en commentaar : Arthur Haulot

Muziek : Jean Norin (pseudoniem van André Souris)

Stem: Jan Botermans

Productie : C.E.P.

Opdrachtfilm van het Belgisch Commissariaat-Generaal voor Toerisme

 

Franse versie onder de titel Blij herleven, tekst en stem van Walter Degan

Engelse versie onder de titel Return to life, tekst en stem van Brysson Gerrard

 

35 mm / zwart-wit / 13 minuten / 1947

 

 

Om de film te bekijken, gelieve de paswoord per email vragen naar info@fondshenristorck.be en dan hier klikken

 

Het schitterend uitgewerkte ritme van de film verheerlijkt het optimisme en de wilskracht die de ereplaats innamen bij het herstel van de kuststreek, waar de Rommel-asperges vervangen konden worden door baadsters die zich zonder angst voor mijnen lieten bruinen in de zon … Misschien is het accent meer op de zomergasten dan op de metselaars en de ontmijners gelegd. Dat komt waarschijnlijk door het feit dat de film uitgaat van het Commissariaat voor Toerisme.

A.V., Le Drapeau rouge, 1 mei 1947

 

Het is een documentaire van bescheiden afmetingen, maar ad rem gedraaid, door een cineast die een frisse en scherpe kijk heeft, zin voor ritme en voor beeldcontinuïteit, kwaliteiten die bij ons niet elke dag voorkomen.

P.L., La cité nouvelle, 4 mei 1947